.
In de maand maart 2024 verscheen in de nieuwsbrief van Pentagram boekwinkel / spirituele teksten iedere zaterdag een podcast met gedeelten uit het boek “Yin Xi de Poortwachter”.
Deze vijf teksten staan nu bij elkaar in deze blog, samen met een link naar het audio bestanden
.
EERSTE PODCAST
.
Bij ons in het westen is maar één legende over Lao Zi bekend.
Daarin wordt verteld dat hij rijdend op een zwarte buffel jarenlang door China reisde.
Hij probeerde de mensen bewust te maken van het grote mysterie van Tao. Omdat hiervoor maar weinig mensen open stonden besloot Lao Zi om China te verlaten. Hij reisde door een bergketen naar de toenmalige westelijke grens. Daar werd hij tegengehouden door een Poortwachter. Deze zei tot hem: ‘Meester, nu u op het punt staat u terug te trekken, sta ik erop dat u een boek voor me schrijft’. Daarop schreef Laozi een boek in twee delen: het boek van Tao en de Teh, de Daodejing. Nadat hij dit geschreven had passeerde hij de westelijke poort en heeft niemand hem ooit nog gezien.’
Aldus de legende.
Maar waarom had Lao Zi zoveel vertrouwen in deze Poortwachter dat hij voldeed aan diens verzoek? Wie was deze Poortwachter eigenlijk?
De Chinese historicus Sima Qian schreef dat de naam van de Poortwachter Yin Xi was en dat deze leefde rond het jaar 500 voor onze jaartelling.
Yin Xi was een ingewijde. Hij bewaakte de Poort aan de grens van China, en leidde tevens een spirituele gemeenschap. Over hem wordt gezegd dat hij in de stilte van de hoge bergen vanuit een geopend hart de zuivere essentie van Tao inademde die weer in de wereld uitademde.
Volgens Chinese legenden gebeurde er in het jaar 549 iets bijzonders. Yin Xi nam aan de nachtelijke hemel een bijzondere ster waar die naar het westen wees. Het westen staat in China symbool voor een oogst die kan worden binnengehaald, waarna een geheel nieuwe tijd aan zal breken. Enige tijd later vernam Yin Xi dat zijn familielid, de grote, wijze Lao Zi, op weg was naar de Poort. Toen Lao Zi, gezeten op zijn zwarte buffel, daar aankwam, begroette Yin Xi hem nederig als een broeder in Tao.
Lao Zi was van plan om meteen door de Poort te vertrekken. China maakte onrustige tijden door en de mensen hadden weinig belangstelling voor Tao. Yin Xi echter nodigde hem uit om eerst enige tijd bij hem te verblijven. Er was namelijk een groot verschil in zienswijze tussen beiden dat opgelost diende te worden.
Lao Zi was ervan overtuigd dat er over het eeuwige Tao niet gesproken mocht worden. Hij was jarenlang over de aarde getrokken en had daar ‘de leer zonder woorden’ verspreid. Niet door wat hij zei, maar door te leven vanuit ‘niet-doen’ – wu wei – gaf hij onderricht.
Yin Xi wees hem echter op de bijzondere ster die nog steeds aan de westelijke hemel stond te stralen, als een teken dat hen beiden iets te zeggen had. Hij vroeg Lao Zi dan ook dringend om zijn wijsheid over Tao en diens kracht – de Teh – op te schrijven.
Yin Xi had jarenlang op eenzelfde plaats dicht bij de hemel geleefd. Hij wist uit zijn contact met de zoekende mensen die de berg op kwamen, dat er over het eeuwige Tao weliswaar niet gesproken kon worden, maar dat er ook niet over gezwegen mocht worden.
De twee wijze mannen stonden voor de vraag op welke manier zij hier uit konden komen. Ze beseften dat alleen vanuit hun openheid voor het mysterie zich een oplossing zou aandienen. Daarop besloot Lao Zi bij Yin Xi te blijven zolang dit nodig was.
Eeuwen later zou de wijze Zhuang Zi over hen zeggen:
O! Grenswachter Yin Xi!
O! Lao Zi!
Jullie waren de allergrootste
ware Mensen uit de oudheid.
.
.
.
TWEEDE PODCAST
DELEN UIT HOOFDSRUK 2 – 3 – 4
.
De grote wijze Zhuang Zi noemde Yin Xi en Lao Zi ’de Allergrootste Ware Mensen uit de oudheid’. Dat zijn mensen die na een leven vanuit Wu Wei één zijn geworden met het Ene. Van daaruit keren zij vrijwillig terug naar de aarde om het mysterie van Tao uit te dragen.
Hun geboorte vindt vaak onder bijzondere omstandigheden plaats.
Zo ook dat van Yin Xi. Daarover wordt het volgende verteld:
Op een zeer hete dag ging zijn moeder even rusten. Ze viel in slaap en kreeg een heel heldere droom. Daarin zag ze hoe uit de voorkosmische wereld paarsrode wolken op aarde neerdaalden. Deze omringden haar en stroomden in haar lichaam. Enige tijd later bemerkte zij dat er een kind in haar groeide. Op het moment dat Yin Xi geboren werd, verrees er uit de dorre grond naast haar huis een prachtige lotusbloem. Deze had zulke heldere kleuren en een zo stralende glans als geen mens ooit had gezien.
Chinese legenden verhalen dat Lao Zi drie jaar bij Yin Xi verbleef. Daarin bespraken zij hoe ze over het mysterie konden schrijven zonder het tekort te doen door de beperkingen van de taal. Want namen scheiden de dingen van elkaar, terwijl het mysterie alomtegenwoordig is.
Ze kenden een heel gewone naam aan het mysterie toe: TAO, dat betekent ‘weg’. Daarmee gaven zij aan dat vanuit het mysterie een verbindingsweg loopt naar alle dingen; en dat vanuit alle dingen een Weg terug voert naar het mysterie.
Lao Zi schreef de Daodejing. Het is in cryptische taal geschreven en bevat een verborgen code, bedoeld voor ingewijden in het mysterie van Tao. Het begint met:
De weg die gegaan kan worden
is niet de permanente Tao.
De naam die genoemd kan worden,
is niet de permanente naam.
Als Niet-Zijn kan men het noemen:
het begin van Hemel en Aarde.
Als Zijn kan men het noemen:
de Moeder van alle dingen.
.
Nadat Lao Zi de Daodejing had voltooid vertrok hij naar een streek in het zuidwesten van China die ‘Het land van de Hemel’ wordt genoemd. Hij droeg Yin Xi op om hem na duizend dagen achterna te reizen.
Yin Xi de Poortwachter leidde ook een spirituele gemeenschap; ‘De Weg van de Wachttoren’ genaamd. Hij was zich bewust van de grootsheid van de Daodejing, maar door de contacten met zijn leerlingen merkte hij dat vele teksten zó ondoorgrondelijk waren dat een toelichting nodig was. Daarop schreef hij een reflectie op de Daodejing en deed dit op een manier alsof hij zich rechtstreeks tot zijn leerlingen richtte, zoals bijvoorbeeld:
.
Het is uitgesloten dat een mens met een sterk
zelfbewustzijn Tao kan bereiken.
De wijze die Tao heeft bereikt denkt niet:
‘Dit is Tao’,
want dat is niet zo.
Tao heeft geen grenzen.
De wijze die Tao heeft bereikt denkt niet
dat hij het rijk van Tao binnen kan gaan,
en ook niet dat hij er uit kan gaan.
Tao overstijgt zowel het ‘zijn’ als het ‘niet-zijn’.
Daarom is het niet te verdedigen om te zeggen:
‘Ik krijg Tao’, en ook niet: ‘Ik verlies Tao’.
.
Zijn boek kreeg grote bekendheid omdat het zowel diepzinnig was als goed te begrijpen. Toen Yin Xi zich na duizend dagen bij Lao Zi voegde, las deze het boek en was er zeer over te spreken.
Over deze twee Allerhoogste Ware Mensen werd in het oude China gezegd:
Nadat Lao Zi en Yin Xi tezamen
hun werk op aarde hadden voltooid,
stegen zij op een dag rond het middaguur
gezamenlijk op in het niets.
.
.
.
DERDE PODCAST
DELEN UIT HOOFDSRUK 12
TAO EN WIJ
.TAO EN WIJ
.
Het werk van Yin Xi kenmerkt zich doordat hij zegt waar het op staat zonder oordelend te zijn. Zo zegt hij bijvoorbeeld:
Tao is niet uit op de mens of zijn zelf.
Misschien schrikken we hier van. Of roept het vragen op als: waarom we dan bestaan, of zijn we dan niet goed genoeg? Er is echter niets mis met ons; we zijn alleen nog niet af. We zijn nog volop in ontwikkeling in een proces dat begint vanuit Tao maar dat uiteindelijk ruimte en tijd overstijgt.
In de hele kosmos is bewustzijn, in allerlei gradaties. In ons mensen is een persoonlijk bewustzijn in ontwikkeling. Het wonderlijke is dat eigenlijk niemand precies weet wat bewustzijn is, maar dat toch iedereen weet wat ermee wordt bedoeld. Door ons persoonlijk bewustzijn beseffen we dat we bestaan, iets willen, voelen of denken, en van daaruit handelen we.
Ons bewustzijn is sterk op onszelf en ons zelfbehoud gericht. Positief hieraan is dat we er zelfkennis door opdoen, negatief dat het ons egocentrisch kan maken. Het bewustzijn is dan toegesloten alsof het een op zichzelf staand iets is, in plaats van dat het deel uitmaakt van een veel groter bewustzijn.
Maar wij maken deel uit van de tijdloze microkosmos die ingebed is in het tijdloos al. Deze leeft vanuit de oorspronkelijke natuur: Tao, Teh en het Ene, terwijl wij van tijdelijke aard zijn.
Deze natuur reflecteert in ons hart, en hiervan kunnen we ons bewust worden. We ervaren dit vaak als iets dat we moeilijk precies kunnen benoemen. Het wordt vaak ervaren als ‘verlangen’ of ‘heimwee’, of als ‘een fundamenteel verdriet’.
Yin Xi merkt op:
Er is geen verlangen zonder bewustzijn.
Hoewel we van tijdelijke aard zijn, staan we niet los van de Tao-natuur: we bevinden ons er middenin! We zijn kinderen van twee werelden. Omdat we in ontwikkeling zijn hebben we wel bewustzijn van ons tijdelijke zelf, maar nog nauwelijks van de Tao-natuur in ons. We kunnen het ook anders zeggen: een totaal nieuw bewustzijn moet zich nog in ons ontwikkelen. Dit bewustzijn is niet op zichzelf gericht en bevat ook geen persoonlijke
kenmerken, maar het staat in wisselwerking met de oorspronkelijke natuur.
Yin Xi zegt hierover:
Oorspronkelijke natuur is de toestand
waarin persoonlijke gedachten en bewustzijn
nog niet zijn ontkiemd.
.
Omdat de oorspronkelijke natuur van Tao-Teh en het Ene, één in zichzelf is, is daarin geen afzonderlijk bewustzijn. Maar paradoxaal genoeg bevinden zich daarin al wel de kiemen ervan. Zoals in de zee potentieel uit ontelbare druppels bestaat.
Van Tao gaan voortdurend transformerende, spirituele impulsen uit. Hierdoor wordt het water in beweging gebracht. Dit houdt in dat de mogelijkheden die de waterdruppels bevatten zich geleidelijk gaan manifesteren. Onze microkosmos is als zo’n waterdruppel.
Van het Ene gaat een kracht uit: de Qi genaamd, levenskracht tijdloze energie.. Qi manifesteert zich als Yang-qi die uitgaand van aard is, en als Yin-qi die ingaand is. Door de werking van Yang-qi hebben we ons ontwikkeld tot een mens met zelfbewustzijn. Onze persoonlijke gedachten zijn weliswaar al ontkiemd, maar vooralsnog zijn deze erg op onszelf gericht. We ervaren onszelf in het midden van alles en rondom ons bevindt zich al het andere. We zijn als het ware ‘vol van onszelf’.
De Yin-Qi is nog niet manifest. Hierdoor wordt de waterdruppel – gezien als de Mens die we in aanleg zijn – ingekapseld. Tao kan niet worden bereikt door onszelf ventraal te stellen.
Daarom zegt Yin Xi de Poortwachter tot zijn leerlingen:
maar deze is ontoegankelijk.
Ik heb nog nooit zoiets gehoord.
.
.
VIERDE PODCAST
DELEN UIT HOOFDSTUK 20
DE HEILIGE MENS
.
.
De Heilige Mens
leeft naar zijn hemels mandaat
dat in Tao ligt.
Deze uitspraak van Yin Xi de Poortwachter is deel van een tekst waarin hij de kenmerken van zowel de heilige mens als de niet-heilige mens naast elkaar zet.
Uiterlijk gezien heeft het woord ‘heilig’ in onze cultuur een negatieve bijsmaak.
Maar innerlijk gezien wordt er een mens mee bedoeld met een geheeld hart en dat hart is ‘leeg’.
In het oude China werd met ‘hart’ bedoeld: het evenwichtig samengaan van denken en emotie. Onder ‘een leeg hart’ wordt in de taoïstische wijsheid verstaan dat denken en emotie niet op het eigenbelang zijn gericht, maar op het onnoembare.
In de oerchaos die binnen het Ene is, bevindt zich van ieder mens een energieconcentratie, ook wel een microkosmos genoemd. Daarin ligt het ‘oerbeeld’ van de Mens zoals wij uiteindelijk bedoeld zijn. In onze aardse natuur is dit oerbeeld als een zaadje dat nog maar net is ontkiemd, en wij zijn de hoveniers die ervoor mogen zorgen. Dit is het hemels mandaat dat ieder mens heeft gekregen.
Toch zullen we onszelf niet snel een ‘heilig mens’ noemen, en misschien denken we zelfs dat we dit ook nooit zullen worden; want ons hart is immers nog lang niet ‘leeg’.
Yin Xi de Poortwachter bemoedigt zijn lezers wanneer hij zegt:
De niet-heilige mens
beschikt over het vermogen
om tot zijn oorsprong te komen:
Tao.
Binnen het Taoïsme wordt al het bestaande gezien als deel van een proces van voortdurende transformatie. Alles komt uit Tao, verandert voortdurend en keert uiteindelijk tot in Tao terug. De ontwikkelingen binnen onze tijdelijke wereld maken daar deel van uit.
De microkosmos wordt gevoed door de kracht die van Tao uitgaat, de Teh. Deze kracht is het vermogen om tot onze oorsprong te komen: tot Tao. Wie dit beseft én ernaar gaat leven, staat in het proces om een ‘heilig mens’ te worden.
Yin Xi de Poortwachter zegt dan ook:
Door de Teh
wordt gedurende lange perioden
de Heilige Mens ontwikkeld.
In een zaadkorrel ligt informatie besloten waardoor het kan uitgroeien zoals het bedoeld is. Maar dit kan alleen wanneer het voldoende licht, warmte en water krijgt. Deze metafoor staat voor de kracht die van Tao uitgaat: de Teh. Wellicht denken we: dat is mooi, maar het ligt niet binnen mijn bereik een heilig Mens te worden.
Hier ligt de valkuil van het duale denken: we maken onderscheid door het één ‘hoger’ te achten dan het ander. Maar tussen de heilige- mens en de nog-niet- heilige-mens bestaat geen wezenlijk verschil, want de Teh werkt zonder onderscheid in alles en iedereen. De Teh schenkt ieder dat wat hij nodig heeft, niets méér, maar ook niets minder. Daarom zegt Yin Xi de Poortwachter over ons gewone mensen het volgende:
De niet-heilige mens beschikt
over het vermogen om
naar zijn oorsprong te streven.
We zijn misschien nog niet in staat in naar onze oorsprong te leven, maar we kunnen er wel naar streven. Dit is mogelijk doordat in ieder mens het hemels mandaat ligt om tot Tao te komen. In een mens die zijn hart voor Tao opent, wordt door de Teh zijn hart gezuiverd. Alle persoonlijke ideeën, concepten en verlangens – van welke aard dan ook – worden dan geleidelijk aan uitgewist.
Wat rest, is volkomen leegte.
De mens wordt een ‘heilige’.
Over zo’n mens zegt Yin Xi de Poortwachter:
.
De Heilige Mens heeft geen Tao.
De Heilige Mens heeft geen Teh.
De Heilige Mens streeft niets na.
.
.
VIJFDE PODCAST
DELEN UIT HOOFDSTUK 23
VERLICHTING
.
Yin Xi de Poortwachter zegt:
Als je niet in jezelf vastzit,
dan openbaren de dingen zich als vanzelf aan je.
Als ons hart beweegt is het als stromend water.
Door stil te zijn wordt het als een spiegel:
en weerkaatst alles als een echo.
Eerst is alles chaotisch en onzichtbaar,
dan komt de stilte en wordt alles helder.
.
Het Chinese karakter dat Yin Xi gebruikt voor ‘helder’ bestaat uit de karakters voor ‘zon’ en ‘maan’. In het taoïsme wordt onder ‘hart’ niet alleen ons voelen verstaan, maar ook ons denken. Wanneer ons denken en voelen stil zijn geworden – dat is vrij van persoonlijke projecties en oordelen – dan weerkaatst de maan het licht van de zon onvervormd. Daarom heeft dit karakter nog een tweede betekenis, dat van ‘verlicht’.
Maar het karakter heeft nog een derde betekenis. De zon die licht en warmte uitstraalt is als Yang, de ontvangende en weerkaatsende maan is als Yin. Yin en Yang zijn altijd met elkaar verbonden. Het zijn twee aspecten van één energie, Qi genaamd. Qi is afkomstig van het Ene en het Ene is heel dichtbij Tao. De meest diep gelegen betekenis van het karakter is daarom: ‘oorsprong’.
Een stil hart houdt in dat denken en voelen helder zijn geworden. Een stil hart is verlicht en in dat licht wordt onze oorsprong weerkaatst. Dit is de hoogste vorm van zelfkennis.
Onze oorsprong ligt als een vonk in ons hart. Deze oorsprong maakt geen deel uit van de duale en tijdelijke natuur want zij is één en tijdloos. Deze vonk schijnt dwars door de tijdelijke natuur heen. Toch zijn we ons hiervan meestal niet bewust, omdat onze tijdelijke natuur de boventoon voert.
Ons denken en voelen zijn doorgaans niet stil. Dit komt doordat we de tienduizend dingen niet zien als een eenheid die twee kanten heeft, maar omdat we ze verdelen in twintigduizend op zichzelf staande dingen. En aan ieder daarvan kennen we een persoonlijk gekleurd oordeel toe, en daar klemmen we ons graag aan vast. Dat geeft onrust, want alle dingen hebben zowel een positieve als een negatieve kant.
Voor het stil worden van ons hart is onze medewerking noodzakelijk. Dat houdt in dat we leren inzicht te krijgen in alles wat ons beweegt. Vanuit het stil wordende hart nemen we onszelf zo objectief mogelijk waar, maar ‘doen-niet’ – wu wei- .
Hierdoor ontstaat ruimte waarin de oorspronkelijke natuur ‘doet’. Onze persoonlijke gedachten en gevoelens lossen geleidelijk aan op in het alomtegenwoordig Licht.
Dat is de kern van de universele, tijdloze wijsheid.
De mogelijkheid om verlicht te worden is in alle mensen aanwezig, want in ieders ‘midden’ rust de lichtvonk en onze tijdelijke natuur fungeert altijd als een spiegel.
Yin Xi zegt:
Kijk naar het heldere beeld van je oorsprong. Deze helderheid zal je genezen van je verwonding
.
.
Van acht taoïstische kunstwerken van Elly Nooyen die zijn opgenomen in haar in 2023 verschenen boek ‘De Poortwachter, toegang tot Tao’, zijn kaarten gemaakt. Ze zijn verkrijgbaar in twee sets van ieder vier stevige, vierkante, dubbele kaarten op groot formaat met vier bijpassende enveloppen.
Kaartenset 1 beschrijving:
Kaartenset 1 bestellen:
https://www.pentagramboekwinkel.com/nl/boeken/1111111931684/kaartenset-de-poortwachter-1-elly-nooyen
Kaartenset 2 beschrijving:
Kaartenset 2 bestellen:
https://www.pentagramboekwinkel.com/nl/boeken/1111111931691/kaartenset-de-poortwachter-2-elly-nooyen
De Poortwachter bestellen:
https://www.pentagramboekwinkel.com/nl/boeken/9789067324960/de-poortwachter-elly-nooyen